- 19 december 2013
- 4 december 2013
- 25 november 2013
- 13 november 2013
- 29 oktober 2013
- 16 oktober 2013
- 16 september 2013
- 3 september 2013
- 12 augustus 2013
- 11 juli 2013
- 1 juli 2013
- 29 mei 2013
- 6 mei 2013
- 24 april 2013
- 10 april 2013
- 13 maart 2013
- 23 februari 2013
- 13 februari 2013
- 31 januari 2013
- 3 januari 2013
- 20 december 2012
- 7 december 2012
- 23 november 2012
- 5 november 2012
- 30 oktober 2012
- 15 oktober 2012
- 8 oktober 2012
- 26 september 2012
- 13 september 2012
- 4 september 2012
- 21 augustus 2012
- 9 augustus 2012
- 3 augustus 2012
- 23 juli 2012
- 16 juli 2012
- 4 juli 2012
- 19 juni 2012
- 12 juni 2012
- 30 mei 2012
- 15 mei 2012
- 7 mei 2012
- 1 mei 2012
- 24 april 2012
- 11 april 2012
- 5 april 2012
- 22 maart 2012
- 16 maart 2012
- 1 maart 2012
- 21 februari 2012
- 10 februari 2012
- 26 januari 2012
- 13 januari 2012
- 27 december 2011
- 19 december 2011
- 6 december 2011
- 22 november 2011
- 7 november 2011
- 27 oktober 2011
- 14 oktober 2011
- 26 september 2011
- 18 september 2011
- 11 september 2011
- 1 september 2011
- 26 augustus 2011
- 8 augustus 2011
- 26 juli 2011
- 12 juli 2011
- 28 juni 2011
- 15 juni 2011
- 7 juni 2011
- 27 mei 2011
- 18 mei 2011
- 5 mei 2011
- 27 april 2011
- 15 april 2011
- 4 april 2011
- 29 maart 2011
- 18 maart 2011
- 11 maart 2011
- 4 maart 2011
- 25 februari 2011
- 14 februari 2011
- 5 februari 2011
- 26 januari 2011
- 21 januari 2011
- 11 januari 2011
- 4 januari 2011
- 24 december 2010
- 13 december 2010
- 1 december 2010
- 17 november 2010
- 9 november 2010
- 3 november 2010
- 27 oktober 2010
- 20 oktober 2010
- 13 oktober 2010
- 5 oktober 2010
- 22 september 2010
- 15 september 2010
- 7 september 2010
Raar
14 oktober 2011
We doken een tijdje onder om aan ons scenario te werken, maar toen het heel mooi weer was, besloten we de zondag vrij te nemen. Ik fietste met wat Bingergenoten naar het strand. Wat roepen al die fietsers naar me, vroeg een van hen, de Amerikaan. Ik zei dat die laatste tegenligger ‘Kijk uit, tijger’ tegen hem had geroepen, en dat ik de rest liever niet herhaalde. Hij vroeg wat het probleem was. Ik zei dat hij niet kon fietsen. Dat het niet gebruikelijk was om heel langzaam en alle kanten op kijkend over het fietspad te slingeren, en dat als je dat wel deed, mensen dingen naar je gingen roepen. Hij zei dat hij dat vreemd vond en dat hij trouwens best kon fietsen. Hij kreeg bijval van de Belg, die vond dat Nederlandse vrouwen maar raar waren, omdat ze als een bezetene door de stad scheurden en iedereen inhaalden. De Australiër zei dat hij het vooral raar vond dat toen laatst de ketting van zijn fiets liep, een junk had aangeboden hem te repareren. Vervolgens sloopte de junk zijn spatbord eraf en vroeg daar tien euro voor.
Toen we aankwamen op het strand, was de Amerikaan teleurgesteld. ‘Ik dacht dat alle Nederlandse stranden koud, winderig en mistroostig waren,’ zei hij. ‘Maar dit is gewoon net een Californisch strand.’
Ik beloofde om nog een keer terug te gaan op een winderige en mistroostige dag. Daar verheugde hij zich op. Hij hoopte Nederland spoedig van haar meest melancholische en depressieve kant te zien, want tot nu toe vond hij het allemaal veel te vrolijk. En daar ging je geen betere scenario’s van schrijven.
Zelfs onze taal had iets grappigs. ‘Hoe noemen jullie die letter?’ vroeg de Amerikaan later die dag, wijzend op de ‘i’ op mijn toetsenbord. ‘Ie’, zei ik. ‘Maar hoe noemen jullie die letter dan?’ vroeg hij, wijzend op de ‘e’. ‘Die noemen we ‘ee’.’ ‘Echt waar?’ zei hij, steeds verbaasder. ‘Maar hoe noemen jullie die letter dan?’ Hij wees op de ‘a’. ‘Die noemen we ‘aa’,’ zei ik. Hij probeerde me na te zeggen. ‘Aaa.’
We namen afscheid van onze Bingergenoten. Met drie kussen, want dat hadden ze inmiddels geleerd. Weer een van die gewoontes van ons die ze vreemd vonden, maar wel accepteerden. Net zoals het feit dat we elkaar graag bloemen gaven op verjaardagen. ‘Flowers are for dead people,’ vonden de Zuid-Amerikanen.
Gelukkig was er één voordeel van dit land dat alle andere gebreken in één keer teniet deed. Dat je in Amsterdam voor 17,50 euro onbeperkt goeie films kon kijken, dat was op zich reden genoeg om je hier blijvend te vestigen.